Waterpolo

Ja, fairplay en een nul tolerantie ten opzichte van pesten zijn belangrijke hoekstenen van onze jeugdwerking.

Deelname aan initiatielessen is bij ons gratis, wij vragen je wel om de Aquatopia inkom zelf op voorhand te regelen.

Vanaf 5 jaar kunnen meisjes en jongens starten met waterpolo.
Bij de jongste groep (5 en 6 jarigen) kan een ouder in het begin mee binnen gaan.
Kinderen van 5 t.e.m. 8 jaar trainen in het instructiebad waar de bodem op minder dan een meter diepte staat.
Dit laat toe om individueel bij te sturen waar nodig en/of de zwembasis (verder) aan te brengen.

In normale omstandigheden gaan deze door in Aquatopia Aalst.
Uitzonderlijk wijken we uit naar het zwembad van het Sint-Jozefscollege in Aalst.

Iedereen is welkom om zich kandidaat te stellen om toe te treden tot onze competitiewerking. 
Naast onze competitieve werking hebben we ook een conditie en recreatieve werking met verschillende leeftijdsgroepen.

De redenen waarom wij leden weigeren is omdat een zwembasis nodig is vanaf 8 jaar en ouder om op een veilige manier waterpolo te beoefenen en/of omdat we een maximum aantal leden per trainingsgroep voorop stellen om de kwaliteit van onze opleidingen hoog te houden.

Deze vinden enkel plaats tijdens specifieke periodes en mits inschrijving op voorhand.
De momenten waarop we initiaties organiseren voor jeugdspelers zijn dinsdag en donderdag van 18u30 tot 19u30 (of 19u45), de duurtijd is afhankelijk van de leeftijdsgroep waarin er wordt getraind.
We spreken telkens af om 18u15 in de inkomhal van Aquatopia.

We voorzien 2x per seizoen een bestelronde, een 1ste in september/oktober en een 2de in januari/februari.

Bij het niet verschijnen voor afgesproken initiaties zonder ons op de hoogte te brengen zien wij ons genoodzaakt de betrokken kandidatuur achteraan onze (wacht)lijst van mogelijke toekomstige leden te plaatsen.

Zwemgerief en een handdoek volstaan om aan initiaties deel te nemen.

ALGEMEEN

• Per senioren team zijn er max 14 spelers en max 7 spelers tegelijk in het water.
• Er worden vier periodes gespeeld en bij senioren is er 8 minuten effectieve speeltijd. 
• Spelers mogen maar één hand gebruiken (behalve de keeper). 
• Spelers mogen niet op de bodem van het zwembad staan. In ondiepe baden is staan toegestaan maar er mag geen voordeel worden behaald uit het rechtstaan. 
• Een speler mag alleen getackeld worden als hij de bal vast heeft. 
• De bal mag niet onder water gaan als hij getackeld wordt, hij moet “speelbaar” blijven. 
• Opmerking: bij de jeugd heb je minder actieve spelers en een kortere speeltijd, dit afhankelijk van de leeftijd. 

WEDSTRIJDVELD

Is maximum 25m lang en 20m breed en moet overal minimaal 1,8m diep zijn in de 1ste klasse (SL).
In lagere klassen en bij de jeugd is het toegestaan een ondiep deel van een zwembad te gebruiken.

Aan de kant van het zwembad kan je volgende markeringen terugvinden:

• Rood = 2m (buitenspel en hoekworp lijn)
• Geel = 5m (strafworp lijn)
• Rood = 6m (vrije worp lijn) bij een fout achter deze lijn mag men rechtstreeks afwerken 
•  Wit = midden van het zwembad

 DE BAL

• Nummer 3 = kinderen 
• Nummer 4 = dames en jeugd (U14 - U16) 
• Nummer 5 = mannen en jeugd (U18)

MUTSEN (CAPS)

• Meestal blauw (bezoekers) en wit (thuisspelers) en rood voor de doelmannen. 
• Voorzien van nummers 1 tot en met 14 waarbij 1 en 13 worden voorbehouden voor doelmannen.
• Hebben een ingebouwde oor bescherming.

VERVANGINGEN

• Je kan onbeperkt wisselen gedurende een wedstrijd.
• Als je wil wisselen gedurende het spel moet je inkomen via de wisselzone en moet de speler die inkomt wachten tot de speler die zich laat wisselen volledig uit het speelveld is. 
• Vanaf het seizoen '25 - '26 mag men ook vliegende wissels gebruiken in de 1ste klasse, dan mag men ook aan de zijkant van het speelveld wisselen.

SCHEIDSRECHTERS EN WEDSTRIJDTAFEL

• Normaal wordt een wedstrijd geleid door 2 scheidsrechters (elk aan een kant van het speelveld) en 2 “timekeepers” (speeltijd en shotklok) en een secretaris die de gebeurtenissen (online) documenteert op het wedstrijdblad.

BASISREGELS

• Een vrijworp voor een gewone overtreding wordt aangegeven via een kort fluitsignaal en een uitgestoken arm wijst in de richting waarin de aanval mag worden verdergezet. 
• Een uitsluiting wordt aangegeven via één kort fluitsignaal en aanduiding door de scheidsrechter naar de overtredende speler dat hij wordt uitgesloten, gevolgd door het nummer dat wordt uitgesloten via handsignalen te melden aan de wedstrijdtafel. 
• Strafworp: één kort fluitsignaal en een hand met gespreide vingers naar beneden. 
• Hoekworp: een kort fluitsignaal en twee vingers die aangeven dat er een hoekworp genomen moet worden. 
  Dit is enkel het geval wanneer een doelman de bal blokt of wegwerpt zodat deze achter de achterlijn beland. 

SCHOTKLOK

• Normaal wordt een schotklok gebruikt die aangeeft dat de aanvallende ploeg binnen de 28 seconden nadat men controle over de bal heeft gekregen moet proberen af te werken. De klok wordt naar 28 seconden gezet als de aanval van richting wijzigt en naar 18 seconden indien de aanval verder gaat in dezelfde richting.

START VAN EEN WEDSTRIJD

• Bij de aanvang van een periode nemen de spelers plaats op hun eigen doellijn
• Wanneer de hoofdscheidsrechter fluit wordt er gezwommen richting het midden van het veld en wordt de bal aan het middelpunt gelost of gegooid door de scheidsrechter.

TIMEOUTS

• Elke ploeg mag gedurende een wedstrijd tweemaal een 1 minuut durende time-out aanvragen wanneer ze de bal in hun bezit hebben.
• Tijdens de time-out dienen de spelers op hun eigen helft te blijven tot ze 15 seconden voor het einde van de time-out na een eerste fluitsignaal posities mogen innemen.
• Het spel wordt in het midden van het veld hervat na een tweede fluitsignaal.

DOELPUNT

• Een bal moet volledig over de doellijn zijn en men kan enkel een geldig doelpunt scoren via een vrije worp na een fout indien deze van achter de 6m lijn (bal en hoofd van de speler) is genomen. 
  Met uitzondering van een hoekworp, na de bal in het spel gebracht te hebben mag men in dat geval rechtstreeks scoren.

HOEKWORP

• Wordt alleen toegekend wanneer een doelman de bal afweert en deze zo over de achterlijn gaat of indien een verdediger de bal bewust achter de doellijn gooit. Een bal die afwijkt op een verdediger levert een doelworp voor de verdedigende ploeg op.
• Een hoekworp wordt genomen ter hoogte van de 2m lijn aan de zijkant van het speelveld aan de kant die door de scheidsrechter wordt aangegeven.

NEUTRALE WORP

• Bij de start van een periode gooit de scheidsrechter de bal 
• Wanneer de scheidsrechter niet duidelijk kan uitmaken wie een fout geeft begaan kan hij beslissen een neutrale worp te geven, hij maakt dit duidelijk door twee duimen omhoog te steken. Op dat moment moet van elke ploeg de speler die het dichts bij de scheidsrechter ligt bij de scheidrechter zwemmen en proberen de bal voor zijn team te winnen wanneer de scheidsrechter deze opgooit.

VRIJWORPEN

• Wordt toegewezen na het begaan van een fout of een doelworp.
• Moet worden genomen vanwaar de fout is begaan.
• Na een fout mag men, indien de speler (hoofd) en bal buiten de 6m is, direct proberen afwerken of zelf de bal opgooien en verder zwemmen om zo proberen af te werken.
• Vrijworpen kan je naar jezelf geven door de bal duidelijk speelbaar te maken, je maakt de bal speelbaar door de bal je hand te laten verlaten.
• Een vrijworp moet binnen een paar tellen worden gegeven, de scheidsrechter kan beslissen de bal aan de tegenpartij toe te kennen wanneer het te lang duurt vooraleer verder te spelen.

GEWONE FOUTEN

Deze worden toegekend bij volgende gebeurtenissen:

• De bal onder water houden (kan het gevolg zijn van verdedigende actie), tijd verspillen, de bal die het speelveld verlaat, de shotklok staat op 0 sec, iemand onder duwen met 1 hand terwijl deze de bal niet (langer) vastheeft, …

UITSLUITINGSFOUTEN

Een vrijworp wordt toegekend na een uitsluiting van een speler ….  

• voor 18 seconden wanneer de speller hinder bij het nemen van een vrijworp, opzettelijk water opspat in het gezicht van de tegenstander, met twee handen verdedigd, …
• voor de wedstrijd mits vervanging na drie uitsluitingsfouten
• voor 4 min zonder vervanging wegens brutaliteit na het schoppen, boksen, niet toelaatbaar taalgebruik of voortdurend agressief spel

De scheidsrechter fluit en duid de speler aan die de fout heeft begaan maakt dit duidelijk aan de wedstrijdtafel via handgebaren en duid met zijn arm de richting aan waarin het spel mag worden verdergezet. 

• Wanneer de uitgesloten speller naar de wisselzone zwemt na een uitsluiting mag hij het spel niet hinderen op straffe van een bijkomende uitsluiting.
• Spelers die uitgesloten zijn blijven in de wisselzone tot ze de toelating krijgen, of door de scheidsrechter met een handgebaar (na veroveren van een bal) of door de tafel (na 18 seconden straftijd) via het tonen van een vlag, om terug deel te nemen aan het spel.

NIET LANGER TOEGESTAAN MEE TE SPELEN

Wordt door de wedstrijdtafel duidelijk gemaakt door na een fout een rode vlag te tonen, dit Is het geval: 

• wanneer een speler drie uitsluitingsfouten heeft begaan
• wanneer een speler in discussie is gegaan met de scheidsrechter en daarvoor wordt uitgesloten 
• wanneer een speler wegens brutaliteit wordt uitgesloten en in dit geval mag hij gedurende 4 effectieve speelminuten niet worden vervangen.

Voor meer info kan je terecht op deze pagina.